Kan net zoals de Steenrode Heidelibel het best geïdentificeerd worden door de andere soorten uit te sluiten: gele strepen op de zwarte poten, nauwelijks geel op de vleugels, zwart op de zijkant van het achterlijf is niet doorlopend, etc. Verschilt van de Steenrode Heidelibel m.n. door de afwezigheid van een snor langs de ogen (Deze snor hebben bijna alle andere Heidelibellen, met uitzondering van sommige Zuidelijke Heidelibellen). Daarnaast zijn de strepen op de poten i.h.a. smaller dan die van de Steenrode. De zijkant van het borststuk heeft i.h.a. gele vlekken.
Bij vrouwtjes steekt de legboor minder ver uit dan bij de Steenrode Heidelibel. Uitgekleurde mannetjes zijn i.h.a. bruiniger dan andere heidelibellen, en hebben een achterlijf wat licht knotsvormig is (minder sterk dan bij de Bloedrode Heidelibel).
Zie voor de verschillen tussen Bruinrode en Steenrode Heidelibel ook de volgende links:
In het noorden vrij zeldzame najaarssoort.
Noord-Nederland: | Vrij zeldzaam, in 2007 zuidelijke influx en algemeen. |
---|---|
Nederland: | Algemeen. |
Vliegtijd: | juli tot oktober. |
Stilstaand water. Zwerft makkelijk en veel. In het noorden aanmerkelijk zeldzamer dan in het zuiden en veel minder dan de Steenrode. In 2007 in het noorden veel algemener dan in 2005 en 2006.